BEGRAFENIS VAN HANS ANDREUS
Wat gaat dat simpel, in Putten
weggedragen worden uit de tijd,
een uitreis op wiegende schouders
door straten in hun eigen bezigheid
verloren. En wat zou een dichter
meer kunnen wensen dan dat
rondom zijn beginnende eeuwigheid
de dag zijn gang gaat, mensen
om winst en verlies hun doden vergeten,
zich een al te koele zomer
van het lijf trachten te houden
en met de klok mee hun voeten verzetten?
Hij vervolgt zijn tocht buiten de dampkring.
Deze avond zullen dezelfde sterren
opengaan, dezelfde nachtgeluiden
ontwaken en sterven, dezelfde gedachten
tot dromen verijlen. De doden, niemand hoort ze me
Men loopt met levende stappen
over hun zwijgen heen.
42