Jeugdherinneringen

MIJN EERSTE LIEFDE

|NZE school, cenc inrichting voor lager (en meer uitgebreid onderwijs, bestond . uit drie klassen, welke ieder weer in i verscheidene onderafdeclingcn waren

__[gesplitst. In de eerste afdeeling van de

derde klasse, die zoowat gelijk stond met de eerste klasse H. B. S., begon de coëducatic. Gewoonlijk werden de meisjes en jongens (toen spraken wc van jongens en meisjes) bank om bank geplaatst. Ik kwam in die klasse op bijna elfjarigen leeftijd en kreeg een stevigen baas van veertien jaren achter me zitten. Een artistennatuur eigen (hij is tegenwoordig een vrij goed schilder te Antwerpen) werd hij al heel spoedig op mij verliefd.... ik met mijn veeleischende natuur. . . absoluut niet op hem, ondanks de vele bekoorlijkheden, welke hij in mijne oogen onbetwistbaar had.

Hij was ten eerste geabonneerd op ,,het jonge volkje”, dat ik evenals hij heel gaarne las, en hij gaf het mij Zaterdagmiddag, na het verschijnen dadelijk te leen. (Welke opoffering is voor een verliefde natuur te groot?) Dan mocht hij bij zijnen oom, die een en-gros zaak in kantoor- en school-behoeften had, eiken Woensdagmiddag in de monsters komen grasduinen en uit den buit tracteerdc hij mij op de mooiste griffels met kopjes, toen een zwak van mij. Verder. . . . maar waarom zou ik u al zijn aantrekkelijkheden opsommen, laat ik liever vertellen, wat me in hem tegenstond, daar dit belangrijker is ter verklaring van mijn kinderlijke zonde, die ik u belijden ga.