Niet de grooten zullen winnen en de sterken;
Maar hen die zich kinderlijk buigen en hun handen op hun tranen leggen wilt hen verhooren, want zij zijn verloren in hun nood.
Kol-Nidrei!
Pest en hongersnooden zullen om ons trekken, maar schuilen zullen wij in Uwe schaduw als de Lotusbloemen in ’t donkere blad, weggedek t en teederlijk verscholen. Kol-Nidrei!
16