Zangen van hoop

Titel
Zangen van hoop

Jaar
1919

Overig
Gedichten

Pagina's
106



van volken: en eene donkre klacht trekt hunne

monden saam

verduistert ’t schijnen van hun oogenraam.

Hij viel zooals een toren in ’t roode branden

breekt

wijl ’t koninklijke vuur nog uit zijn oogen leekt en ziet over het heir van stille ommedaken zoo lief geworden in ’t jarenlang bewaken, de schouders staan nog hoog en stormbereid, plots brokkelt hij ineen en ’t hart, tot afscheid,

krijt!

’t vuur murmelt nog wat na en murmelt op den

grond;

gestort is hij voor goed, voorgoed en zwijgt zijn

zangenmond.

Zoo gaat gij, vader, in, in de stille rust; wie uwer kinders beeft niet, wie sust zijn hart tot zwijgen? Veel zullen komen, veel zullen brengen ons ’t van Wijsheid hun geworden

deel,

maar zooals gij onze harten hadt, o Vader! hadt gij ze alleen en geene, geene nader.

Wees nog gezegend in uwen stillen nacht wij waken allen! staan op uwe wacht, slaap zacht!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.