HOOFDSTUK III.
Marix zorgt voor het amusement; een nieuw persoontje; en waar San-tje nog het allerblijdste mee was ...
״ ... Dan is het 't beste dat je maar eerst 'n uurtje gaat slapen,” zei Moeder,
״Hè ,., zei Santje. ״Slapen zegt u, slapen ... ?”
״Ja zeker,” zei Moeder. ״Ik heb Nannie zooeven ook al neergelegd; jullie zijn vanmorgen vroeg op geweest en er komt vanavond nog vuurwerk.”
״Slapen,” zei Santje. ״Op m’n verjaardag. M'n koste-lijken dag verslapen. Hij gaat al zoo gauw om. Nooit zal ik dat doen! Ik wil wel even op de canapé gaan liggen, om u plezier te doen, en omdat ik me zoo raar voel, zoo los op m'n beenen, maar slapen... : nooit!”
״Goed,” zei Moeder. ״Dan ga je maar wat op de canapé liggen.”
Santje ging liggen. Ze kronkelde zich op, heelemaal in elkaar, als een bal, zooals zij het gewend was wanneer zij eens lekker ging uitrusten. Hè, die goede, oude canapé was toch maar 'n fijn ding! Santje boorde haar hoofd haast in den hoek, met den arm eroverheen...
Na een poosje stond Moeder zachtjes op, en legde den ouden omslagdoek over het ronde hoopje mensch. Santje sliep den slaap des rechtvaardigen.
In de Gouden Klok.
3