Zijn opstellen over Joodse en politieke problemen, alsmede talrijke boekbesprekingen, zagen het licht in de volgende bladen: De Joodsche Wachter (het orgaan van de Nederlandse Zionistenbond), Ha Tscha (het tijdschrift van de Joodse Vrouwenraden in Nederland) en Hatikwah (Maandblad der Zionistische Academici in Nederland en Officieel orgaan der NederL Zionistische Studenten Organisatie)* Met al de warmte van zijn Joodse ziel staat hij daarin op de bres voor het Oude Volk* Door alles wat er in die jaren gebeurde, vooral in Duitsland, heeft Hiegentlich voortdurend krachtiger de band met het Jodendom gevoeld* Ook als spreker heeft hij trouw hiervoor geijverd in zijn voordrachten over politieke of letterkundige onderwerpen* Aldus diende hij met de pen en met het woord zijn twee grote liefden: de Literatuur en het Jodendom*
Toen de Tweede Wereldoorlog ontbrandde, besloot Hiegentlich heen te gaan van de zijnen en van zijn uitgebreide vriendenkring. Hij was enerzijds altijd zeer gul geweest met zijn vriendschap, hoewel hij anderzijds slechts weinigen tot zijn dieper zelf liet doordringen* Tot zijn vrienden behoorden Bertus Aafjes, Van Hattum, Eduard Hoornik en Ge-rard den Brabander* Hij correspondeerde met Sam. Goud-smit en Victor van Vriesland, terwijl de relaties met Siegfried van Praag zich ook tot persoonlijk contact uitstrekten* In de laatste jaren van zijn leven verwierf hij als nieuwe vrienden o*a. C.L* Sciarone, Han Hoekstra en R* Blijstra* Verder ging hij veel met schilders om, b*v. met Jules Rummens, Leo Franssen, Homberg, Melle van Oldenboer Richter.
Door de bijzondere omstandigheden, waaronder zijn dood