Gisteren komt nooit weerom ...

Titel
Gisteren komt nooit weerom ...

Jaar
2000

Druk
2000

Overig
1ed 2000

Pagina's
191



'Hij las in het Gouden Boek' 77

bijen en hoe de planten zich vermenigvuldigden. We richtten onze eigen botaniseerclub op en we s j ouwden tot voorbij de Watertoren aan de Am-stel om in de sloot torretjes en waterspinnetjes te bespieden. De grote stadsjeugd verliet in die dagen niet zo spoedig de woestijn van huizen, huizen en nog eens huizen. Maar de jeugd uit de omgeving van de Jo-denbreestraat moest in die dagen, zonder dat ze hetzelf goed wist, ook nog een traditionele afkeer overwinnen van een wandeling, die haar verder dan tweeduizend ellen van de ouderlijke woning kon wegvoeren.

Het clubje van mevrouw Wibaut was alleen voor de jongsten. Wie vijftien jaar oud was, werd genoegzaam intelligent geacht voor staatkundige en economische vraagstukken. Die werden behandeld in de zeergeleerde studieclubs, waar brochures en krantenartikelen werden besproken. Fanatieke geheelonthouders waren we, en volgelingen van de Rein Leven-beweging. Maar in de eerste plaats wisten we, dat we economen waren. Wij kenden de geschiedenis, zoals zij op school niet wordt geleerd. Dat geheim had Sam de Wolff ons onthuld. En dankzij dubbeltjesbrochures, hadden we een flauwe notie van Lassalles ijzeren loonwet en een grondige kennis van de theorieën van Karl Marx - die we, als ik volstrekt eerlijk moet zijn, doodgemakkelijk te begrijpen vonden.

Zo'n studieclub was een wonderlijke instelling. Hoe de clubs elders in de stad waren, weet ik niet, maar van onze club kan ik naar waarheid getuigen, dat er geen numerus clausus voor niet-joden bestond, en desondanks was de samenstelling tamelijk eenzijdig.

De leider van onze club had de gewoonte elke week een lid aan te wijzen, dat voor de volgende bijeenkomst een opstel moest maken. Dat werd dan voorgelezen, en, het spreekt vanzelf, afgekraakt. Met lof waren we karig, met kritiek mateloos. David Augurkiesman, een van de leden, was leerjongen bij een lijstenmaker. Hij was een brave vriend, maar het zou overdreven zijn geweest te beweren, dat hij aanleg had om een licht der wetenschap te worden, al sloeg hij geen bijeenkomst van de club over. Het pathetische in David was, dat hij zo graag voor een 'intellectueel' wilde doorgaan en nochtans er zelf van overtuigd was, dat zijn geest zich bewoog in een enge ruimte met lage zoldering. De leider van de club voelde duidelijk aarzeling om David opdracht te geven, een opstel voor te bereiden. Het spreekt vanzelf dat David zich daardoor nog minder op zijn gemak gevoelde. Maar ten slotte moest de leider op een zekere dag wel zeggen:

'En David... als jij nou 's voor de volgende keer iets opschreef? Wat denk je ervan?'

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.