'Lezen en schrijven kun je leren' 57
jaarlijkse bedevaart naar Zeeburg, die wonderlijke reizen naar Haarlem, verweven waren met het onweegbare geloof, dat leven en dood niet gescheiden, maar twee zijden van hetzelfde ding zijn.
De buurt waar we woonden telde vele grootmoeders zoals grootmoeder Gitele. Allemaal hadden ze die neiging tot het mystieke. Bij de een was de aanleg wat sterker dan bij de ander. Misschien helden ze over tot het bijgeloof. In de kern van hun innerlijk leven waren ze echter innig verbonden met het Ongeziene. Die verbondenheid was zo vanzelfsprekend, dat ze haar voor niemand wilden verbergen.
Kerks was grootmoeder beslist niet.
Zei ze:
'Ik doe wel aan God, maar niet aan de sjoel.'
Vrouwen zoals zij gingen alleen maar naar de synagoge, wanneer ze een bevalling achter de rug hadden, wanneer een kleinzoon kerkelijk meerderjarig werd, of wanneer het huwelijk van een familielid ingezegend werd.
Maar haar kleinkinderen leerde ze:
'Als je op straat een blaadje uit een gebedenboek vindt, mag je het niet weggooien. Dan moet je het naar de synagoge brengen. Weggooien is zonde voor God.'
Het naleven van de lang niet eenvoudige spijswetten, die de godsdienst voorschrijft, kostte haar niet de minste moeite. Geen normaal mens voelt het als een offer, wanneer hij geen verlangen koestert naar een schotel met hondenvlees, of mensenvlees. Varkensvlees eten stond voor grootmoeder Gitele gelijk met kannibalisme; de vergelijking deugt niet, ik weet het, maar ik kan het niet anders uitdrukken. Al die grootmoeders uit de buurt geloofden onvoorwaardelijk in een kracht, die iets met de Naam uitstaande had. Ja, Naam met een hoofdletter. Al haar oudste kleinzoons heetten daarom naar haar overleden man, Meijer. Wee, als een van haar kinderen, die uitbreiding van een jong gezin verwachtte, de eersteling een andere naam wilde geven.
'Je mag van niemand een naam stelen. Dat brengt ongeluk aan,' waarschuwde grootmoeder.
'Ja maar, moeder... Meijer is zo'n ouderwetse naam... als ik het gezegende kind nu eens Max noem.'
Zei grootmoeder snibbig:
'Het zal nog zover komen, dat ze in de synagoge spreken van de Vijf Boeken Max in plaats van de Vijf Boeken Mozes.'