Ik lijk op 't lijk (roman, onder pseudoniem Richard Perridon)

behaagt mij het adres van Marku te komen brengen besluit ik, dat niet schieten altijd mis is. Daarom wend ik my in vol vertrouwen tot het Bureau van mister Carter.

״Meneer Carter, het gaat om een echtscheiding. Er is een vrouw, die via een dekadres brieven ontvangt van een man, met wie ze een verhouding heeft. Het gaat niet om de inhoud van die brieven. Het gaat om het adres van de afzender. De naam is: Marku Fisher. Het doorzendadres is: Angelo's Bookshop in Brewer-street. Maar denkt u er wel om: geen navraag in dat winkeltje. Uw man zal op een of andere manier de post moeten onderscheppen, zonder dat Angel o er iets van merkt."

״Moeilijke zaak. Wanneer komen die brieven?"

״Geen idee. Misschien morgen. Misschien pas over een week."

״Moeilijke zaak. Kost U honderd pond."

Dat is duizend gulden, maar Molly verkeert in levensgevaar.

״Accoord, hier is het adres van mijn hotel. Ik wacht op Uw telefoontje."

Drie dagen later word ik aan de telefoon geroepen.

״Meneer Toeroen, we hebben wat U ons gevraagd hebt."

Meneer Carter zit met een vodje papier voor zich.

״Dit is het adres: Marku Fisher, Amsterdam."

״Amsterdam?" zeg ik. ״Is er geen straatnaam bij?"

127