'Hoeft niet. Want ik heb ze gevolgd. Ik weet wie heit zijn. Het is een stelletje fascistische jongelui.' ,
Met enkele leden van de redactje werd het geheimzinnige zaakje besproken: Collega les Santcroos ging eens hier en daar snuffelen. Voör hem bestonden geen geheimen. Zijn oordeel luidde: 'Het vara-Zomerfeèst.'
Zo begon een der merkwaardigste voorvallen in de geschiedenis van de vara.
Het zat zo in elkaar:
Toen op 2 juli 1930 minister Paul Reymer eindelijk en ten langen leste de billijke verdeling van de zendtijd deed ingaan - toen de vara dus rond vijftig uur per week ter beschikking had gekregen - toen dus. de jarenlange verbeten strijd om rechtvaardigheid ook in de ether met een overwinning van het recht was bekroond - toen voelden de vara-leden een onweerstaanbare behoefte orn, bij elkaar te komen. Een nieuw woord werd geboren: 'vara-Zomerfeest'.
Omdat zo iets secuur moet worden voorbereid, werd als datum gekozen: 12 juli 1931. Een jaar lang gingen duizenden sparen. Met dubbeltjes per week. Alles voor het var a-Zomerfeest in het Spanders-woud in Hilversum! De nieuwe studio, ontworpen door de architecten Snellebrand en Eibink, was nog niet helemaal uit de steigers. Maar de feestgangers zouden er toch langs defileren. Bekende radiofiguren zouden op het feest te zien zijn.
Overal in het land werden extra-treinen gehuurd. De spoorwegen bouwden een extra-station bij Crailoo. Het tijdperk van de autobussen was wel reeds aangebroken, maar het massale vervoer ging toch nog liever met de trein. En met de fiets. Uit het zuiden en uit het noorden, van de Waddeneilanden, uit Zeeland en uit Twente zouden fietsers komen, duizenden fietsers. Sommigen zouden de dag tevoren al op reis gaan. Het was midden in de zomer, één nachtje in de open lucht slapen zou niemand een longontsteking bezorgen.
Amsterdam zou vijftienduizend fietsers leveren, niet minder, eerder ■ meer...
'Kopspijkertjes' had de winkelbediende gezegd. Haastig werden hier ën daar nog meer inlichtingen ingewonnen. Spoedig was de opzet, vólkomen duidelijk. De fascisten zouden in de nacht voorafgaande (
66