׳Kootje wil niet meer, dat ze kersenbonbons nasjt. Ze is van de drank af, nou vraag ik je.'
Het was grootmoeders triomf, dat het een best huwelijk werd. Ze namen drie weeskinderen aan en die hebben ze samen opgevoed in liefde en geluk en het zijn oppassende mensen geworden en Eeffie kon kersenbonbons gewoon niet meer geschilderd voor haar ogen zien en Kootje werd ook veel ernstiger en werd zelfs op zijn manier een beetje vroom en als we er later nog wel eens over praatten, zei grootmoeder met het maximum van zelfverzekerdheid:
'je moet maar zo rekenen: er is geen paar of het lijkt elkaar?
80