zoening noopt. Een bruiloft. Zegt de jongste tot de oudste der vijanden:
'Feliciteer je met de bruiloft van je dochter. Laat ik maar de minste zijn. Per slot van rekening ben jij ouder dan ik.' Of er is een begrafenis. Spreekt het vanzelf, dat de jongste als eerste in de rij de treurende vijanden gedurende de treurdagen opzoekt.
'Verder geen leed, en laten we er maar een streep door halen.' Het is eigenlijk wonderlijk hoe snel en soepel elke keer weer de verzoening tot stand komt. Er is niemand, die oude koeien uit de sloot gaat halen. Niemand gevoelt behoefte eens haarfijn en breed-uit op een vergiet te gaan uitleggen hoe en door wiens schuld destijds de ruzie is ontstaan. Goddank dat er weer 'sholem' (vrede) is.
Twee minuten na de verzoening zitten de vijanden van eertijds in druk gesprek met elkander. Ze moeten, ze willen elkander op de hoogte brengen van alles wat er in de wederzijdse families gedurende de vijandschap is gepasseerd. Als iedereen is bijgewerkt, is de vriendschap pas werkelijk bezegeld.
De felheid van de vete en de mildheid der verzoening zijn gemakkelijk te verklaren. Het was geen strijd tussen personen. Het was een zaak van mishpoge (familie). Mede om die reden is het voor iedereen gewenst precies te weten hoe de familierelaties van iedereen in elkander gedraaid zijn. Zeggen ze schertsend: 'We beoefenen de wetenschap der mishpogologie.' Hoe oefenen ze die wetenschap uit? Zo: Komt iemand bij iemand op visite. Zit er een vreemde. 'Ik ben van Ereira.' 'Zeker Portugees.' 'Kan U toch wel horen.'
48