De vijand is in de engte gedreven; hij gaat zich overgeven.
Het is eenige oogenblikken stil. Van buiten klinkt gedempt het rumoer van de straat.
״U brengt mij in een pijnlijke positie", zegt dan aarzelend Mr. Lawrence, ״monsieur Marcel kent mijn persoonlijke vriendschappelijke gevoelens jegens de Fransche industrie. Wij zijn weliswaar
op de wereldmarkt concurrenten____ maar het
heeft ons altijd met groote sympathie vervuld, dat Parijs zoomin als Londen de zakelijke geschillen de persoonlijke gevoelens liet overwoekeren....
maarre.... evenwel valt het mij moeilijk____ U
thans te verklaren, dat mijn opdrachtgevers mij geen mandaat hebben gegeven om de overeen־ komst, die ik heden met Herr Gutsberg heb ge־
troffen____eh____nog verder uit te breiden. Per־
soonlijk zou ik het gaarne anders gewild heb־
ben----maar ik ben hier niet Mr. Lawrence____
ik ben hier de ״British and Dominion Radio
Trust"____ monsieur Marcel moge zich echter
overtuigd houden, dat ik, zoodra ik in Engeland terug ben, aan mijn principalen het voorstel van monsieur Marcel zal voorleggen----
Herr Gutsberg's oogen hebben weer richting. Hij zegt:
״EnDuitschland zal uw aanbod, monsieur Panier, gaarne steunen____ ik behoef U niet te zeggen,
57