Johan is een man van gewioht; op de kurkjes van Maurice zou hij allang gezonken zijn----
Nooit hebben de paardje« sneller gedraafd dan
vandaag____Er worden schatten geld verdiend in
de radio, mijne heeren. Jacobus Fredericus de Brie
heeft zijn rug gekromd____ach wat, hoepel op met
je Jacobus! Die ligt voor 't eerst van zijn leven te water en denkt dat hij zoo maar zwemmen kan. Sla maar met je armen, wanhopige bloed____
Doctor Johan, dat is een zwemmer. Zeven jaar lang al. Van een peuterig gloeilampenfabriekje heeft hij het bedrijf gemaakt tot een wereldfirma in de radio־branche. Hij heeft dravers in Spanje en Frankrijk, in Duitschland en in Engeland. Zijn naam glanst in ontvangtoestellen en in zenders. Houdt hij zijn zenders zwak, dan verkoopt hij meer lampen. Maakt hij zijn zenders sterker, dan bekorten zijn ingenieurs den levensduur van de lampen. Hoe gek de kat ook valt, het beest komt altijd op zijn pootjes terecht. Wie heeft ooit ge־ hoord van Jacobus Fredericus de Brie. Of van Maurice Turfh, die maar een klant is, een naam־ looze klant. Doctor Johan, dat is een naam, een klok, een carillon!
Boven, op de vierde verdieping van het gebouw, zit de reclame־afdeeling: één dhef en veertien sohel־
36