den voorwerpen. Die mensen verkopen ook oude militaire uniformen.'
'Ik ga direkt naar Amsterdam', zei Dirk.
Op het station Weesperpoort in Amsterdam vond Dirk zonder enige moeite het winkeltje. Een vriendelijke oude man liep er rond. Overal hingen oude kledingstukken, gewone burgerkleding, maar ook uniformen. Ook militaire uniformen.
'Ik kom van de omroep', zei Dirk. 'We willen materiaal verzamelen voor een soort hoorspel-reportage. Misschien kunt u ons daarbij helpen.'
'Graag', zei de oude man.
Dirk keek kwasi onverschillig rond.
'Hé', zei hij, 'u verkoopt gevonden voorwerpen. Maar wie vergeet nu een heel uniform in de trein?'
'Dat komt wel eens voor', zei de man, 'maar niet dikwijls. Ja, jongen, de ene keer vergeet iemand een helm, de andere keer wat anders. En dat komt allemaal hier terecht. Bovendien kun je bij het Rijk in de Kledingsmagazijnen in Woerden net zo veel oude uniformen kopen als je maar wilt. De Minister van financiën is een zuinige man. Die koop ik ook wel eens, ik bedoel niet de minister, maar zijn oude uniformen. Als een soldaat zijn spullen moet inleveren, omdat hij afzwaait, komen ze bij mij het ontbrekende aanvullen.' 'Verkoopt u dikwijls uniformen?' vroeg Dirk. Hij voelde zich een jachthond, die een vers spoor ruikt. 'Nog verleden week', zei de oude man.
'Nog verleden week?' herhaalde Dirk ademloos, 'vertel daar eens wat meer van, asjeblieft.'
'Nou', zei de man, 'eerst kwam er een jonge snuiter vragen of ik uniformen verkocht. Ja, zei ik. Toen zegt hij: dan kom ik morgen terug. Ik moet een heleboel hebben, 't is voor een operette. Dat vond ik een beetje vreemd, want voor het toneel koop je zulke dingen niet. Die huur je, nietwaar?' 'Heel goed bekeken', prees Dirk.
'De volgende dag verscheen er een auto en daarin zaten drie lui. Man, die hadden een smak geld bij zich, genoeg om mijn hele magazijn leeg te kopen. En ze kochten maar. Afdingen was er niet bij. Elke prijs was goed, die ik vroeg. Ik heb ze nog geholpen de pakken in de auto te dragen, en toen kreeg ik het idee: weetje wat, dacht ik, ik noteer het nummer van de auto.'
Trillend van nervositeit schreef Dirk het autonummer over. 'Wel bedankt', riep hij en wég was hij.
77