Hier is de VARA

van Margot en Marie Vos, van Henr. Roland Holst en Van Collem. De muziek is na het horen vervluchtigd tot een nieuwe uitvoering. Maar wie zich door het luisteren naar de gedichten nader tot ze voelt aangetrokken, kan de bundels kopen, de gedichten nalezen. Nooit spraken de dichters zo tot een onbegrensd gehoor. Hier stonden wellicht inderdaad ״de rode benden" te luisteren naar de woorden, die Margot Vos in haar ״De eerste Mei" tot hen richtte. Hier was haar oproep tot de kameraden levend geworden.

Na de ernst kwam de ontspanning. De Vlaamse minstreel Dils zong zijn middeleeuwse balladen en zijn leutige volksliedjes. En toen was wethouder Wibaut uit Amsterdam aangekomen en begon kort na negen uur zijn causerie over de mogelikheden der radio en der eigen uitzendavonden, waarover men elders in dit blad een uitvoerig verslag kan vinden. Een onderhoudende rede, die langzaam overging in een ernstig betoog en een diep uit het hart wellend vermaanwoord tot allen, die de wereld willen helpen bevrijden van een nieuw oorlogsgevaar.

Zo werd het programma van deze eerste uitzendavond der jonge vereniging ten uitvoer gebracht. De medewerkenden waren ten volle doordrongen van het gewicht van hun taak, van de ontzaglike omvang die het hier begonnen werk kan krijgen en de onoverzienbare kultu-rele betekenis, die de radio kan hebben voor de arbeiders van ergens en overal.

Wat mij in de uitzending nog in het bizonder trof, was het feit, dat het mikrofoon in het minst niet ontnuchterend werkte, maar de gedachte aan een onbegrensd groot gehoor de uitzenders integendeel tot de beste prestatie opzweepte, terwijl het ontbreken van elke afleiding hen bovendien tot de grootste konsentratie op het werk zelf in staat stelt. De wijze van weergave, dit zei ik reeds, is nog niet ideaal, en de suggestie, uitgaande van het persoonlik kontakt met de sprekers en kunstenaars, zal te allen tijde boven de radio-bemiddeling gesteld moeten worden. Maar deze overweging vermindert de betekenis van dit feit niet.

Het woord is tans aan de luisteraars, wier mededeling omtrent hun indrukken van deze avond voor verdere uitzendpogingen van het grootste belang is." PAUL F. SANDERS.

34