HOOFDSTUK III JEROESCHALAJIM
WEESHUIZEN oud en nieuw, sommige grootsch en haast imposant als kasteden; ziekenhuizen in ongeveer dezelfde schakeering; scholen van allerlei aard, voor iederen leeftijd, voor onderscheiden aanleg en bestemming; oude-hedengestichten in verschillende kleuren; kerken, kloosters, moskeeën, koepels, torens, torentjes en minnarets; Magén-David, Kruis en Halve Maan.
Straten met naambordjes in Engelsch, Arabisch en Hebreeuwsch; auto's, ezels, omnibussen, sjouwers en kamee-len; Oostersche, Westersche, Aziatische, Europeesche kleedij, oudst antiek en neomodern; kaftan en slapenlokken, fez en pluim, witte tropengewaden; zwart, diep-zwart gesluierde Arabische vrouwen, die — geen waterdraagsters — in schommelenden gang, maar ook wel tevens koket geschoeid en werelds gekousd gaan, en enkele — dood-enkele — zelfs met bloote beenen in mooie wandelschoentjes. Nieuwe winkeluitstallingen en donkere gaten, waarin oude en nieuwe waren te koop gehouden worden; kapperswinkels, schoenpoetserijen met draaibare stoelen en gemakkelijke voetenbankjes; café's en cinema's. Fruitwinkels, en vruchten zoo maar op den grond