Simon Philip de Vries was zionist, rabbijn, publicist en leraar Hebreeuws. Hij groeide op in de Achterhoek en ging naar sjoel in Borculo waar hij ook Joodse les kreeg. Op advies van zijn onderwijzer gaat hij op 13-jarige leeftijd studeren aan het Nederlands Israëlietisch Seminarium in Amsterdam. In 1892 studeert hij af als maggied. Hij is dan net benoemd tot leraar-secretaris van de Joodse gemeente in Haarlem. Daarnaast is hij de geestelijke verzorger van Joodse patiënten in de toenmalige psychiatrische inrichting Meerenberg. Naar aanleiding van zijn 40-jarig jubileum bij de Joodse gemeente Haarlem en als blijk voor zijn ‘studie der Joodsche wetenschap’ verleent opperrabbijn Onderwijzer De Vries de moré-titel.
In tegenstelling tot de heersende norm, was Simon de Vries een overtuigd zionist. In zijn ogen was het zionisme de vervulling van het profetische ideaal. Dat bracht hem in conflict met orthodoxe tegenstanders die het politieke zionisme afwezen. En dat leidde onder meer tot een heftige polemiek met rabbijn Wagenaar.
De Vries publiceerde diverse artikelen op Joods gebied, was een tijdje vaste medewerker van het Centraal Blad voor de Israëlieten in Nederland en had een vaste rubriek, Joodse Kroniek, in de Oprechte Haarlemse Courant.
In 1940 neemt rabbijn De Vries afscheid van zijn gemeente. In 1942 verhuist hij naar Amsterdam. Op 11 januari 1944 wordt hij samen met zijn vrouw via Westerbork getransporteerd naar Bergen-Belsen. Beiden vonden daar de dood.
Simon Philip de Vries was de zoon van Manuel de Vries (veehandelaar en wever) en Rosette Spier. Hij trouwt op 7 maart 1894 met Judith de Jong. Zij krijgen 9 kinderen.