VII
WOORD VOORAF
maakt heeft. En welke verwachtingen ik op dezen grond van de ontwikkeling van dat Erets-Jisraël koester. Juist of niet: dat is alleen voor mijne rekening.
Reeds is mijn reisverhaal in verschillende bladen der „Locale Pers” verschenen. Daar is het prettig ontvangen. Behoudens zeer enkele kleinigheden, van redaktioneelen aard, verschijnt het hier thans in boekvorm letterlijk overgedrukt. Doch met foto's verrijkt.
Ik hoop, dat het op deze wijze als boek een even groote belangstelling zal verwerven. Belangstelling voor een boek zal vanzelf meer blijvend kunnen zijn.
Het meerendeel der clichés is door de Redaktie van „Het Beloofde Land”, het blad van het Palestina-Opbouw-Fonds in Nederland, welwillend afgestaan. Die van de opgravingen bij Sichen zijn te danken aan „Palestina in het licht der jongste opgravingen en onderzoekingen” van de hand van Prof. Franz M. Th. Böhl, Hoogleeraar te Leiden, en door den Uitgever H. J, Paris even welwillend beschikbaar gesteld.
Een warm woord van erkentelijkheid voor deze medewerking vinde hier zijn plaats.
S. PH. DE VRIES Mzn.
Haarlem
Adar I 5692
Februari 1932