(een naam schiet ze door het hoofd, hun blik valt op iets, etc.) die ze eraan ‘herinnert’ dat ze iets willen doen; ze zetten een strategie uit; ze storten zich in het zwarte gat; en ze hebben resultaat. En de tijd tussen impuls en pure actie wordt steeds kleiner.
Op dit punt wil ik nog iets over een spirituele meester zeggen. Een spirituele meester is, in mijn ervaring, iemand die je leert te reageren op impulsen die voor jou van belang zijn. Hij formuleert - op basis van zijn intuïtieve inzicht (in de periode dat je daar zelf nog geen of onvoldoende zicht op hebt) - wat je met je leven zou kunnen doen; totdat het moment is aangebroken dat je zelf weet wat je wilt, of beter nog: weet hoe je moet uitzoeken wat je wilt.
Het formuleren door de meester en het leren formuleren door de leerling gebeurt aan de hand van opdrachten. De opdrachten zijn groot of klein, expliciet of impliciet, het kunnen opdrachten zijn om iets te doen of om iets op een andere manier te bekijken. En het is vrij aan de leerling om de hint op te pakken of niet. En bij dat alles is het niet zo dat de spirituele meester ‘weet’ en daarom bepaalt: meisje A moet dienstbode worden om in harmonie met zichzelf te leven en jongetje B moet timmerman worden teneinde spiritueel optimaal te kunnen functioneren; als het goed is, is er een volwassen wisselwerking tussen leerling en meester. En als het goed is, eindigt deze vorm van relatie met een fikse bonje en verwijdering - al dan niet tijdelijk - want volwassen worden kan men alleen in relatie tot anderen, verantwoordelijkheid kan men alleen dragen in eenzaamheid.
Tot zover het zwarte gat van de actie, van het nü.
Elet andere essentiële element van spiritualiteit, de verbeeldingskracht, functioneert ook met een zwart gat. Ik bedoel