Maar verder is hun huizenbouw — hun landbouw — hun opvatting van het leven, de plaats van de vrouw, de betekenis van de arbeid — het begrip voor sociale verhoudingen, zó als het bij deze volken was in ie periode der aartsvaders.
Abraham trekt hier rond met zijn vee dat het karig groen afgraast tussen de steenhopen en Isaak drijft er de houten ploeg zeer ondiep door de losse grond over de stenige vlakte.
Er heersen veten tussen de stammen en tussen de families als in Jacobs dagen — wreed is de bloedwraak als in de dagen van Sechem.
De nakomelingen van Abraham, Isaak en Jacob zijn (chter teruggekomen van een tocht die moeizamer was dan een dooltocht door de woestijn en meer leed bracht dan van één bloedwraak het gevolg mocht zijn.
Zij zijn teruggekeerd, eindeloos vaak teleurgesteld en met de ervaring van twintig eeuwen zwerven — zij hebben besloten om hier hun geschiedenis voort te zetten tct een zinrijk en zegenrijk doel.
Wie zal het ze beletten?
„Jeruzalem,” zegt de chauffeur en wij rijden de stad in, omhoog — omlaag, door brede en smalle straten.
Het is laat en morgen heb ik gelegenheid om de stad te zien — vanmorgen reed ik op de Overtoom en nu in „de straat der Profeten”. De moderne techniek overbrugt in één dag de afstand van eeuwen.
Wat voer de vroegeren een mijmerzoet verlangen was, werd het nuchter „ticket” hunner nakomelingen.
Is dit het tijdperk der vervulling .... ?
12