Isaäc de Fuentes

Titel
Isaäc de Fuentes

Jaar
1952

Pagina's
324



willen teleurstellen of ontmoedigen en hij besluit hen hiervoor te bewaren, wat er ook kome.

Dan komt de huishoudster binnen. Zij is een kleine, mollige vrouw van dertig jaar, niet onknap met haar blauwe ogen onder zwarte wenkbrauwen. Het blij kt, dat zij verre familie van Rebecca is en het wordt Isaac duidelijk, dat het initiatief geheel is overgegaan op Rebecca en de verdere onderhandelingen zullen over haar moeten lopen. Een directe sollicitatie wordt het niet. Men is dit in deze joodse familie niet gewend en de bedoeling schijnt te zijn, dat Isaac en de huishoudster elkaar wederkerig zullen gadeslaan, de indrukken zullen verwerken tot een beslissing en dat later een bemiddelaar beiden zal polsen en eventueel een bindende overeenkomst tot stand zal brengen. Het is dezelfde werkwijze als bij een huwelijk en Isaac vindt het zeer amusant en ook gemakkelijk. Van hem wordt dus hedenavond geen beslissing verlangd en de goede verhouding met de familie loopt zo geen gevat r. Het vrouwtje heet Josine, maar Rebecca en Susanne noemen haar nicht Sientje. Isaac richt het woord tot haar in zijn nog wat gebroken Nederlands en zijn ‘Mademoiselle josine’, wanneer hij haar toespreekt met zijn mooie, diepe bariton, verwart haar telkens weer. Susanne en Rebecca doen uitzonderlijk haar best om de huishoudster haar kwaliteiten te laten tonen en praten over boeken en muziek. Maar nicht Sientje kijkt hulpeloos rond en Isaac durft zij nauwelijks aan te kijken. Want zij kan zich haast niet voorstellen, dat dit een joodse man is en in haar hoofdje komt de gedachte, dat God zich heeft vergist met deze mens en dat mijnheer de Fuentes een Christen is. Isaac heeft reeds spoedig haar verwarring bemerkt en hij is een beetje boos, dat men dit vrouwtje uit haar wereldje heeft gerukt en in onrust gebracht.

Omstreeks halfelf maakt Jacob een eind aan de marteling. Hij doet het niet, omdat hij de verlegenheid van nicht Sientje voelt, maar het past niet, dat een vrouw later over straat gaat, zelfs al draagt hij jozef op, nicht naar haar woning in de Oppert te brengen. Sientje geeft allen de hand en wanneer zij voor de hoog opgerichte Isaac staat, kijkt zij tot hem op als tot een bouwwerk. Tranen staan in haar ogen en haar mond trilt, wanneer zij haar kleine mollige hand in de zijne legt en hij bij het goede nacht wensen ‘Mademoiselle Josine’ zegt.

41

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.