Ze bracht haar naar bed♦
En ze dacht heus, dat het een echte pop was*
Op een keer werd moe-der ja-rig.
Ze wist niet wat ze krij-gen zou*
Ze droom-de van mooi-e ka-doo-tjes* fs Morgens werd ze wak-ker*
En raad eens, wie naast haar bed zat?
Haar ei-gen pop!
De pop-pen-dok-ter had haar een nieuw hoofd ge-ge-ven.
En nu was ze weer be-ter*
Wat was moe-der blij*
Dat kun je wel den-ken!
Toen is ze ver-der heel voor-zich-tig