- Nederlands-joodse en Duits-joodse geschiedenis. Streng daarvan gescheiden was de Neerlandistiek, vooral de Tachtigers, die een verdieping hoger in het huis hun plaats hadden. Maar in de voorkamer, in een ruime nis, stonden de circa vijfhonderd 'oude drukken' - de folio's in de erker onder het raam en daarvóór een grote dekenkist met de ‘geheime collectie', die éénmaal voor me werd geopend. In die nis, en omgeven door eeuwen joodse boekgeschiedenis, stond ook het betrekkelijk kleine houten bureautje waaraan veel van zijn talrijke boeken en artikelen geschreven zijn, om later door Liesje ergens boven in het huis te worden uitgetypt. Vanuit die nis kon Jaap Meijer de Herman Heijermanslaan goed observeren en ongewenste bezoekers vóór zijn, door zich niet thuis te houden.
Na de koffie gingen we aan het werk, allereerst, eind 1979, met een catalogus en een in de U.B. te organiseren tentoonstelling over illegale en clandestiene joodse publicaties uit de Tweede Wereldoorlog. Na een uur of twee ingespannen brainstormen, langs de boekenkasten rennen en aantekeningen maken schoof Jaap dan bruusk zijn stoel achteruit en riep luid: ‘wat hebben we hard gewerkt! liesje, we gaan eten', waarop Liesje vliegensvlug een uitstekende lunch op tafel zette. Nadat ik me één maal had laten ontvallen dat ik ossenworst wel lekker vond, stond steevast in de briefkaart waarin een volgend bezoek aan Heemstede werd verlangd, dat slager Leo Marcus inmiddels was ingeschakeld voor de ossenworst, die dan ook met een ruime hoeveelheid augurkjes op tafel stond. In die jaren werden
12