ontroerde lezers van „Het Achterhuis”. Hier immers zet het gevoelige kind, — dat de benauwenissen van haar geïsoleerd-zijn afreageerde in het schrijven van een dagboek, — de eerste schreden op het moeilijke pad van het creatieve werk. En het past ons niet, critiek te oefenen op deze scheppingen, die Anne Frank „voor kinderen” schreef en die dan ook nog volop wortelen in het kinderleven, maar nu en dan op beklemmende wijze uitschieten naar de diepte van het volwassen-zijn, geladen als ze zijn met begrip voor en mededogen met het schuldeloze lijden dat mensen wordt opgelegd. Hier past alleen deemoed om wat deze schrifturen voor later beloofden. Deemoed en weemoed, omdat Anne Frank op de grens tussen jeugd en volwassenheid werd vernietigd en zo alleen maar kon worden tot een symbool. Een symbool voor alles wat, nog in knop, vertrapt werd door de vijand van alles wat menselijk was.
Moge deze bundel zijn weg vinden tot vele harten ....
Annie Winkler-Vonk