er verstandig aan gedaan, de zaak over te laten gaan. Het beste is de mensen te nemen voor wat ze zijn, zonder je illusies te maken, dat bespaart heel wat desillusies. Dan voel je je ook niet afhankelijk, wat ben ik soms gek geweest. Dat gebeurt niet meer, daar ben ik van overtuigd, alleen al doordat ik het niet meer zou aanvaarden. Wat jofel, Bart, dat je naar de rai was met oom Wim. Ben je nog met hem uit rijden geweest ook? Kan hij het nu beter? Dat was vorig jaar maar griezelig. Mama schrijft dat meneer Blijdenstein zo tevreden over je is. Flink hoor, dat je je er zo goed door slaat, ondanks de moeilijkheden met die ouwe vader van je. Het is naar dat ik er niet ben, ik weet het wel, maar wanneer ik weer vrij ben ga ik je verwennen, joh, dan gaan we saampjes vaak op stap. En dan kan het me niet schelen of de trein duur is, we worden toch niet rijk. Wat zullen we dan een boel te praten hebben! Je bent gelukkig nog jong, we gaan het echt gezellig maken. Hoe is het met de filmclub? Dat moet je me donderdag vertellen, hoor! Maak maar eens, net als mama, een lijstje van dingen die je me wil vertellen, anders schiet je er een beetje bij in.
Heeft moeder mijn brief ontvangen? Hoe is het nu met tante Bertha? Wil je me eens haar adres geven, dan zal ik haar een ansichtkaart sturen. Toen ik Bart donderdag zo zag, dacht ik: hij wordt al een echte grote knaap, met zo'n zware stem. En een bos haar, nou, daar kon ik niet tegenop toen ik zo oud was. En ik kon er ook mee terecht, hoor! Vraag maar aan je moeder, die was wat trots op die pruik van me. Ik ben best tevreden over mr. Smeets, hoor Bep. Hij kan er ook niets aan doen dat het zo lang duurt. Hij is een gevoelig en eerlijk mens, en zeer meelevend, en dat vind ik belangrijker dan al die advocaterij. Ik geloof niet aan
132