een man en een vrouw hij voor zich uit ziet zweven. Hoe edel hij, en zij, trotse vorstin, Smaadlijk, haar fiere lippen krulden even als zij de verdierlijkte bende mat, die haar naar 't leven stond. Hij gloeit van binnen, denkend: 'Met hen1 treed ik hetzelfde pad.'
(fragmenten uit: Henriëtte Roland Holst, In Memoriatn, 10/Z5 april 1942,)
122
1 Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht.