Precies tien jaar geleden verscheen het eerste boek van Sal Santen: Jullie is jodenvolk. Voordien had Sal Santen wel altijd aan het schrijven geroken, maar zich er nooit definitief voor vrijgemaakt. Het kon ook moeilijk: Santen heeft zich te intens en actief met maatschappelijke en politieke problemen beziggehouden, zowel voor, tijdens als na de tweede wereldoorlog, vooral in de, trotskistische, vierde Internationale. Zijn boeken vormen het autobiografische portret van Santen. Wie ze na elkaar leest, ontdekt dat Santen ook in literair-technische en compositorische zin bezig is met een uitzonderlijk en op zichzelf staand genre. Deze roman is nooit af. Er komen steeds weer nieuwe aspecten, herinneringen, incidenten, impulsen naar voren die om rangschikking vragen. In De kortste weg voert Santen een nieuwe hoeksteen aan zijn autobiografische bouwwerk toe. Hij keert terug naar zijn vroegste jeugd, waarin hij eens in Amsterdam verdwaalde omdat hij juist de kortste weg probeerde te gaan. Ook in andere opzichten dwaalt en verdwaalt de hoofdfiguur. Het boek eindigt met het fragment 'Gezichtsveldonderzoek'. De verteller moet aan een nieuwe bril. Een wereld is ineengestort, de oorlog is voorbij, de herinneringen versperren het vroegere uitzicht. Alles is anders geworden. Het boek eindigt waar Santens schrijverschap begint.
* Het knappe van Santen is dat hij er met eenvoudige middelen in slaagt de sfeer van het verleden op een geloofwaardige manier vast te leggen.-Peter Hagtingius in Propriet Cures
* Santen is een dichter zoals hij revolutionair was: hij heeft geen vrede met het haalbare.-J. F. Vogelaar in De Groene
ISBN 90 295 3771 x