190 SAM: GOUDSMIT
angst. Zij voelde de onoverkomelijkheid en de ongeneeslijkheid van het lijfvullende en wereldvullende leed, en zij vouwde de handen klemmend saam en knelde ze tegen de borst, waar binnen alles gescheurd en gebroken leek. Zij kneep de o ogen dicht, die nu pas volliepen met heete tranen, en kreunde, haar hoofd omhoog wringend van de brandende pijn, waarmee haar hart ineen kromp in haar lijf tot stervens toe.
,,Jezus Josef Maria....” kermde zij zacht voor zich heen.
April 1912.