Louw de Jongh, Sieuwert’s broer, was een van de actieve jongens geworden in het Werkloozen-Agitatie-Comité. Van de Drentsche hei, uit de ont-vleeschde naaktheid van de plaggenhut, in het zacht-rauwe anarchisme van de haven. Meer ver-breedingskansen in het bloed dan Sieuwert, meer rondheid van lichamelijken bouw; toen er voedsel kwam, werd hij breed en vaderlijk: het bloed beslist. Krachtiger gemeenschaps- en orde-drift; een instinct op de logische ruil van energie: de massa steunen om van haar terug te krijgen. Aansluiting op de gevechts-lust van de kaai-werkers; zich meestorten in de stakingen; wrok tegen de onderkruipers. In zijn mengsel van steedsch geworden hei-paria, aansluiting op het anarchisme; haat tegen de indirect-heid van democratisch-socialistische organisatie; tegen haar stelsel van wijden uitbouw in het bestaande: zelfverwikkeling met de oude wereld. Directheid, felheid, persoonlijke scherpte en diepte, in hun streven. Onverzoenlijkheid uit hun pauper-herkomst; nadrukkelijke zedelijke zuiverheid in den eisch van hun middelen, uit hun landelijkheid. Lan-