alles mag zeggen, hij weet evenzeer dat hij niet alles mag eten. Hij weet ook dat er dagen zijn, waarop hij zijn lichaam er aan moet gewennen helemaal geen voedsel tot zich te nemen om geheel rein voor God te staan. Hij weet dat hij niet alles mag doen waarnaar hij verlangt. Van boven af zijn hem tal van beperkingen opgelegd in een nauwsluitend levenssysteem. Daarin is hij in normale tijden goed getraind. En als de nood komt, dan heeft van de oudste tot de jongste tijden de historie aangetoond dat hij in staat is martelaar te zijn als het moest, dat hij niet in zielsellende onderging, dat hij alles kon aanvaarden zonder opstandig in verzet te komen tegen de Schepper van het al. Dat is de kracht van het historische Jodendom, dat juist nu in deze wereld van onzekerheid en dodelijke dreiging sterker om zich heen grijpt. Het historische Jodendom dat de enige voortzetting is van het Jodendom.
49