OVER FRANCISCUS VAN ASSISI 33
״Gij Heere, zijt een barmhartig en genadig God en groot van goedertierenheid en waarheid... Eijd voor-spoediglijk in Uwe heerlijkheid, op het woord der waarheid en rechtvaardige zachtmoedigheid".
Nu weer uit het ruischende spel, Psalm 107:
„Loof den Heer, want Hij is het goede. Zijn goedertierenheid is in de eeuwigheid".
Uit Psalm 25:
„De Heere is mijn Herder".
Uit Psalm 33:
„Onze ziel verbeidt onzen Heere, Hij is onze hulp en ons schild".
Eindelijk uit Psalm 148, als hét duizendmaal-geboren godswoord:
„. . . want Zijn naam alleen is hoog verheven. Zijne Majesteit is over de aarde en den hemel".
VHI
Ook de Hebreeuwsche Propheten gingen óver Weltschmerz, persoonlijk heimwee en verschrikkingen, (hoor Jeremia's ״Klaagliederen", de oudste Eol uit de ״Vijf Megilots") tot het hart van den Almachtige. Ook bij hen, na een soms waanzinnige smart, met schokken van den geïnspireerden geest uitgestooten, een doxologie: verheerlijking van den Koning van hemel en aarde.
St. Eranciscus zingt in zijn ״Lofzang op God":
״De Almachtige is de Koning van hemel en aarde".
De psalmist van Psalm 148 zingt:
״De Majesteit van den Almachtige is over de aarde en den hemel".
Zij bezingen dus beiden hetzelfde; Franciscus echter zooveel eeuwen n& de Hebreeuwsche dichters van het Psalmterium. Het vrome, innerlijke accent van hun