tegen de Joden, aan anti-semitisme en bloedige Pogroms; al wat uitbarstte in smaad en hoon, belichaamde zich toen reeds in de duivelsche figuur Haman. Uit deze wonderlijke Hadassah-geschiedenis, teeder en tragisch, geeft nu de rijpere mensch vogel vluchtig weer, hoe ze verscheen in de religieuze verbeelding en phantasie van het toenmalige knaapje.
III
Eens, eeuwen her, leefden de Joden zonder toeverlaat, zonder Godshuis, in kommerlijke ballingschap en harte-benauwenis te Babylonië. Cyrus, de geweldige, veroverde het Rijk en de ondergang van Babylonië bracht breed-ademen-de vrijheid aan Hebreeuwsche meegevoerden. Zij hadden in knaging, heimwee en zielekwelling, verteederend gesmeekt en gesnakt naar Judaea, naar Jeruzalem, naar hun heiligen tempel, en zij keerden onder Zerubbabel in dringende drommen, blijmoedig terug naar de blauwende bergen en heete hemelen van Canaan. Meer dan zeventig jaren waren zij zwervende geweest in het land der ballingschap; het land, dat Jeremia in zijn stoute prophetieën
68