228
lef... Want as Jaap zeg 'n stooter, zeg Dennie vijf plakke!... Hier, ouwe sjanzer, pak an!... of je krijgt 'm an je staart!
Een zinkwerker, aan de kar, grabbelde voorzichtig tusschen oude zagen en groene, leege flesschen.
— Vader... ka je mee kiskasse... mit dit instrement kê je de heele wereld van mekaar zage... Hij zaagt
electrisch...... heb Edizon al op geboie...... Maar hij
stong te ver van me hand af...... ik kon 't 'm nie
anreike!...
Dennie zong en lachte zijn lieven lach.
De zinkwerker grinnikte, boog de glanzende zaag als een twijg.
— Zage, zage zonder te vrage... We tappe geen bloed af!... Je zaagt, je zaagt zoolang 't je behaagt!...
'n Spotprijs 'n zaag!...... Wat je vraag, hij is jou......
Zaag deur... zaag deur... allemaal sleur!... Bij ons bewaarplaas van ouwe kannepee's en inboedels van beton!...
Weer grabbelden oude en jonge handen tusschen stellingen, naar flesschen, bordjes en koperen roeden.
Jaap zwaaide zijn apache-pet op en riep, dat heel Valkenburg daverde:
— Koop zuigflessche... hier moeders, aanstaande moeders... mit de kindermelk d'r al in!... Wuilie binne de eenige generaal-agente van het Internasjenale
Gerantiehuis!...... Hier, deftige Trijn, neem onze
bordjes en onbreekbare triene en krijnpotjes... van
't glasfebriek ,,'t Wonder"...... Breke nooit...... steen
dat van ijzer is...... Breke nooit...... alleen as ze
valle...... Koste geen goudaulde!...... Koop Keulsche
potte om eiere in te leggeï Koop fijne kopere roeie voor je traploopers... Koop éérs de roeie... komme de loopers vanzelvers anloope uit Purmerend... As je te diep steek raak ie de zenuw! Wacht nie te lang!... Stal litemattu eof...
Het Nieuwe Grachtje, door Valkenburgerstraat gescheiden van het Boltensgrachtje, lokte op gerucht en zoet gezang zélfs klanten naar de wonder-ark...
Onder mistig dagwinter-grauw verrees het blindloopend Nieuwe Grachtje, met zijn moddervuil
Ouwe sjanzer: chance-hebber, charmeur.