62
Louise zei niet veel, maar aan alles kon Maurice zien, dat ze heel gelukkig was nu ze niet meer vervolgd werd door die gemeene trap-krijschers. Ze schrok bij ge-bel niet meer zoo óp, ze bleef kalmer en innig-statiger dan ooit. — 't Armoe-gepijnig was met die afbetaling nu wel niet gedaan, maar de kleine schande toch wel, de kleine, hatelijke buurtschande, van overal besproken en over den hekel gehaald te worden.— Soonbeek kwam veel bij Maurice, bleef dan plakken van 's morgens tien tot drie uur 's middags soms. Hij werkte dan met Louise als 'n dagmeid. Hij was zoo lief voor haar als zijn aard toeliet. Hij beweerde, dat ie wel voor twee werkvrouwen stond, en dat Louise eigenlijk maar nooit 'n meisje moest nemen. Maar als zij daartegen in dan zei, dat ze 't huishoudsloven, den ganschen dag door, naast de uitputtende verzorging van Kareltje, 'n straf, 'n sarrende kwelling vond, sputterde hij wat driftigs onverstaanbaar-gejaagd weerom, 't woord ״kwelling" zoo dikwijls herhalend, dat Louise er doodnerveus van werd. Op zoo'n help-dag bleef Soonbeek zich schaamteloos en wreed-koel opdringen. Hij deed zich dan 'n grove bonte schort voor en bedrijvigde rond in z'n wit overhemd. De jongens wisten niet wat ze zagen. Bibberend van eerbied deden ze op 'n wenk wat z'n schrille stem hen toesnauwde te doen. Alleen Dorus wou zich wel eens peinzerig-voornaam houden, maar dadelijk oversmakte hij 'm met zoo'n golf verwijten, dat ie in 'n snikkerig gestuip opschrikte, alsof ie ijskoud water den warmen nek ingespoeld kreeg.
Soonbeek maakte de flesschen schoon, reinigde 't petroleum-toestel, besnuffelde de keuken-kastjes, poetste Louise's schoenen, boende zelfs dikwijls den grond, alles met ernst en hartstochtelijken ijver. Louise had zich in 't begin razend gegeneerd gevoeld en hem gedwongen dien onzin te laten. Maar hij spartelde brutaal tegen, overrompelde haar met kwasterige uitroepen :
— Wat zou dat nou ?.. .. ja ja ! vrienden onder elkaar !.. .. Wat zou dat nou ?.. .. hm, hm,.... Of u nu de grond doet of dat ik 't doe.... zal de grond 't zelfde zijn, dunkt me, dunkt me !.. ..