TRAGI-KOKEDIË. 65
niets van weten; overspanning, anders niets; wijst ook op de strafbaarheid van het feit. Toevallig, — ó zoo toevallig — wordt, als ze reeds de toestemming van haar man heeft, om het bedrog te mogen doen, een vriend genoodigd, advocaat, die juist gelegenheid heeft de strafbaarheid van zulk een feit smakelijk-Juridisch in het licht te stellen. Nora speelt de komedie voor de buitenwereld heel goed; de komedie met diep׳ tragischen ondergrond. Plots een kink in de kabel. Bericht van zus: miskraam. Nora paf! Man dol-blij! Was heelemaal niet op gerekend. Wat nu? Een welwillend dokter, verteederd door het droeve lot van het vurige en energieke vrouwtje, verklaart haar te helpen, door tegenover de buitenwereld vol te houden, dat ze een miskraam heeft en haar, gezond en wel, in bed te stoppen. Dat is het einde!
Heel aardig, heel tragi-komisch, alevel ik heb op een houten kip gebeten. De rake, fijngevoelige, sobere en knappe verhaler: Brandt van Doorne, heeft dit curiositeitje geen atmospheer kunnen geven, althans niet zoo zuiver om er in te ademen. Hij is te veel realistisch-van-nature. Zoo iets ware goed voor de diep-gecoloriseerde en vitale realistiek van Balzac, niet voor Brandt van Doorne. Zeker, heel goede episodetjes staan er in op zich zelf, en het vrouwtje Nora is wel aardig en levendig, maar ik proef het houten ribbetje: het geval, het geval in bijna iederen regel, zoodra althans de personen tot elkaar komen dóór het geval. Er zonder is B. v. Doorne knap, vernuftig, gevoelig en fijn van éven van lichten spot doortrilde waarneming, maar in verband met de ״cas" bijna ridicuul van geforceerde onwerkelijkheid. En voor alles is de realiteitskunst te gebruiken, nooit echter voor projet-curiosum-hansworsterij. Om zulke feiten onder den dwingenden greep eener innige werkelijkheid te brengen moet de kunstenaar dieper op het léven en niet op het geval ingaan. Ze heeft B. v. Doorne
5