VERBEELDINGEN. 109
eenige dagen betaaluitstel voor een nietig bedragje____
zoo kan ook een groot kunstenaar zich den weelde- en geestesstaat inleven van een Keizer, een Caesar, waarin wordt vastgegrepen een immens gevoel van waereldsche macht en tiranoverheersching, zonder dat deze Caesarwaanzin hem belet nuchter zijn horloge op te halen voor hij slapen gaat. — Het lijkt niets dan een projectie van waereldmacht voor één levensuur, een inbeelding die nog straffer dan in nuchterheid van beschouwing, laat gevoelen hoe dwaas alle menschelijk begeeren wel is.
Het psychologisch-strenge en het zelf behagelijk-ij dele en streelend-epicurische dat in den toon van dit prozastuk leeft, brengt velen op een dwaalspoor omtrent de diepere bedoeling. Maar wat drommel, mag een groot kunstenaar zich niet een; waereldvorst voelen als hij de gewaarwordings-middelen en den aandoeningsgloed er voor heeft ? Napoleon, de koud-machtige Caesar, probeerde wel romans te schrijven, — nietwaar mevrouw de Rémusat ? — laat een romanschrijver zich nu een vol
levensuur koesteren in de weelde____een Caesar te zijn.
En beschikt zulk een kunstenaar, naast deze bedwelmende verbeeldingsmacht, nu bovendien over dat zèlfana-lytische, quasi-hevig-meenende, en fijn-zinnig-vernufti-ge gelijk Van Deyssel in zijn Caesar-stuk, waarin een innig deel van zijn dialectische kracht, van zijn innerlijk en zijn gevoel wordt afgestaan als psychologische draperie voor een tnensch gelijk Caesar, een mensch die niets is en toch zich waereldheerscher voelt, dan ontstaat er een bijzonder literair effect. Want ook hier, als in al zijn andere min of meer betoogende stukken, doet zich het verschijnsel vóór dat Van Deyssel niet ontleedt met het verstand, maar met de gewaarwordingen, waaruit een zeer ingewikkelde psyche ontstaat. Bijna alles is bij hem gewaarwordings-ontleding mét het orgaan der gewaarwording zelve. Dit vermogen staat tüsschen verstand in, dat eigen denken objectiveert en begrenst, en gevoel dat de gedachte in trilling brengt en innerlijk