zijn ruw, rondborstig, ontzaggelijk opvliegend, van een schelle heftigheid. In de Jordaanbuurten is het gemeenschapsleven der gezinnen van een ongeloofelijke openhartigheid. Er heerscht de meest bekrompen afgunst. Er is voortdurend getwist, gekijf, gevecht, en alle krakeelen worden begeleid van liederlijkste scheidtermen. Is een jongen uit een straat verloofd met een meid en laat hij deze, om een of andere ongure reden plotseling zitten, dan komen al de koppen van de vrouwen en vaak ook van de mannen, bij elkaar. Dan vertellen zij alles van hun onderling wedervaren. Niets blijft geheim. Zij gooien elkaar beschuldigingen en afzichtelijke eigenschappen in het gezicht. De gansche buurt neemt het op voor de veronachtzaamde meid. Zij kunnen niet verdragen dat hun sexe beleedigd wordt op een zoo krenkende en roekelooze manier. De laaghartige vrijer wordt opgewacht. Zij wreken zich met hun allen op zijn gedrag. Zijn doopceel wordt gelicht door honderd giftige en kwaadsprekende monden. Niets blijft er van hem over. Hij wordt moreel geradbraakt en al zijn ondeugden zijn te kijk gesteld. Er is een aandoenlijke buurtsaamhoorigheid welke haar menschelijke werking niet alleen ontleent aan edelaardigheid. In de buurt-saamhoorigheid ligt opgesloten een brok traditioneele tyrannie; een normatief be-
36