ACHTSTE HOOFDSTUK
Een van de meest tragische en huiveringwekkende dingen die ik op mijn zwerftochten door de Jordaan ben tegengekomen, is wel: de woeker. Het mag zeker opmerkelijk genoemd worden, dat eerst nü de groote Pers zich eenigszins bemoeit met dezen kanker van het maatschappelijke volksleven. In de Jordaan heerscht de woeker op een afgrijselijke wijze. Hij heeft daarom zoo een vreeselijk karakter, omdat hij onder den schijn van meewarigheid en gemoedelijkheid, zich zoo gemakkelijk prooi verschaft.
Wanneer een Jordaansche man of vrouw voor een handeltje, voor een onderneminkje, een bepaald bedrag noodig heeft, dan gaat hij of zij niet allereerst naar volksbanken, z.g. voorschotbanken, die ze na veel omhaal een bepaald bedrag voorschieten, als de aanvrager althans zijn aanvraag ondersteunt met den goedklinkenden naam van twee borgen, maar hij of zij richt zich naar de z.g. week- of leenvrouwen
104