9 2 IS. QUERIDO: NAPOLEON
lijke en niet fantastisch-toebedeelde gebreken geen enkel vermoffeld noch geloochend. Ze slechts in een ander organisch verband gebracht met zijn innerlijk. Ik erken, dat was mij een ziele-zorg en.... een psychologisch vagevuur. Het gewijde brood was steen-oudbakken geworden. De priesters toonden hun kreupele been en lieten hem ongezegend staan. De historici schreeuwden wild door elkander.... de een plengde met wijn.... de ander met azijn. Ten slotte wordt men zelf priester, geschiedkundige, moralist.... en men objectiveert. En zoo doen wij ook met de bezwaren, opgeworpen tegen het meelij-gevoel voor een ״beul" als Napoleon.
Ik voorspel het een iegelijk.... diepe ontroering zal u bevangen als gij de geschiedenis van zijn men-schelijk lijden op Sint Helena met de ziel mééleeft en als ge in vollen omvang leert zien welke ontzettende smarten hij manmoedig en met een grandioze beheersching verdroeg.... en hoe hij, juist door de wilsbeheersching, zich een sfeer van tragiek schiep onder de wereld-veroveraars, ongeëvenaard groot-menschelijk. Of hij anderen nu ontzaglijk liet lijden door zijn alles-tartende eerzucht en „zwijnachtig-heid," zijn ontuchtige driften, zijn zinlijk-woeste uitvallen, heeft met zijn eigen ondergang niets te maken. En evenmin of hij zich vóór zijn val allerlei weelde en onmenschelijke eigengerechtigdheden kon veroorloven. En toch wordt zoo vaak zijn eigen tragiek in mindering gebracht van al het leed dat hij anderen veroorzaakte. Een wreed en wondend beginsel van een koppelaars-moraal. Dus zélf door zondige naturen uitgedacht.
Ik hoorde eens in gezelschap een zeer hoogstaand man, die den tyran in Napoleon verachtte, met scherpen spot en accenten van onhoffelijke drift, een zeer lieve vrouw be-ironiseeren, omdat zij „meelij" had uitgesproken voor Bonaparte's ondergang. Hij haalde