den bedelaar die een hond regeert, tot Alexander de Groote, Napoleon en den Groot-Admiraal der beide oceanen in spe, hebben nagestreefd.... heerschappij. Maar wat is het wezen dier heerschappij?* Machtswellust. Of de bedelaar zijn trouwen hond schopt of de Groot-Admiraal in spe, de Sorbonne met luchtbommen belaagt, het is altijd weder die zelfde, het ware weten verduisterende, sensualiteit. Zou ik dan, een professor van de Leidsche universi-teit, als de meest ongevormde leek, voortgaan mijn faculteit te onteeren, door op onwetenschappelijke wijze mij over te geven aan de wulpsche, hoewel anti-uni-versitaire zaligheid dezer universeele extase?* Dat zou zijn spelen in de kaart dier uitbroedsels eener terecht door ons medici met animositeit beschouwde juridische faculteit, welke mij voor mijn tijdelijk verscheiden, met de wreede paragraaf eener als naar gewoonte door vormelijke motieven ingegeven wet, wilde dwingen op zeventigjarigen leeftijd rust te nemen, terwijl ik juist begon te begrijpen wat de stervende Ho-Ku-Sai, nadat hij tachtig jaar onverzwakt geteekend had, (gelijk als zijn vaderen en voorvaderen), meende toen hij zeide: „Hoe jammer. Ik begon juist iets van mijn ambacht te gaan leeren.” Als een Ho-Ku-Sai der medische wetenschap, ving ik precies aan, iets van de operatieve behandeling en de narcose te begrijpen, toen de atavisten van de juridische faculteit mij wilden belemmeren, laat ik bescheiden zeggen, het tweede honderd duizend behandelde