51
CLASINA.
Zang.
’k Heb zijn bleeke wang gekust, ’k Heb zijn moede hoofd gesust, ’k Gaf hem alles wat hij bliefde, Twee is één — en dat is liefde.
Samen.
’k Gaf hem alles wat hij bliefde.
’k Gaf hdar alles wat zij bliefde
Twee is één — en dat is liefde.
PIERLALA.
Wat dacht gij lief, toen g’aan den vijver stondt ? CLASINA.
Ik zag mijzelf en kuste d’eigen mond.
PIERLALA.
Wat dacht gij lief, toen ’k in mijn arm U had ? CLASINA.
Ik dacht, ik dacht — ik weet niet meer aan wat . . . .
(schalks wegvluchtend). (Pierlala stemt zijn mandoline en tokkelt treurig.
CLASINA. (weder naderend)
Wat dacht gij lief, toen g’aan den vijver stondt? PIERLALA.
’k Dacht aan mijn bleek gelaat en aan uw rooden mond.
CLASINA. (valt in zijn arm).
Wat denkt gij thans, nu ’k in uw armen rust ?
PIERLALA. (na haar gekust te
hebben).
Elk kust zichzelf als hij de and’re kust.
CLASINA.
Hebt nooit voor mij, een and’re gij bemind ? PIERLALA.
’k Vraag U hetzelfde, antwoord eerst mijn kind.