46
KATRIJN.
Luister I {Zij hooren een geldzak rinkelen).
HIDALGO.
Wij rinkelden met onze sporen en onze harnassen. Zij rinkelen met hun geldzak. Die man moet sterven.
KATRIJN.
Edelman, steun de liefde en de schoonheid in hun strijd tegen den burger. Maar wees voorzichtig, want hij is rijk.
HIDALGO.
Eer voor baat.
KATRIJN.
’t Bate uw eer. Vaarwel, mijn dappre heer. {Af).
VIJFDE TOONEEL.
HIDALGO, BERLINO.
BERLINO. {geld tellend in de zak). Edelman, bedelman, dokter, majoor,
Koning, Keizer, de geldzak gaat voor.
HIDALGO.
Belager van de onschuld, sterf!
{Hij slaat met zijn zwaard op Berlino toe. Deze weert den slag met zijn geldzak af).
BERLINO.
Waarom sla je mij ?
HIDALGO.
Omdat ik een zwaard heb en jij een geldzak. BERLINO.
Dan sla liever op mijn geldzak. En als je er een snee inslaat, rollen de goudstukken er uit en je kunt grabbelen.
HIDALGO.
Bah I Ik wil je goud niet. ... ik wil je bloed.