Dramatische werken: Medea, De bron der jeugd, De gijzelaars

Titel
Dramatische werken: Medea, De bron der jeugd, De gijzelaars

Jaar
1914

Overig
Verzameling van drie toneelwerken

Pagina's
340



93

SCHOPPENZEVEN

Door d’eigen schuld mijn prins, eens was ’k als gij, Geeerd en rijk, gezond en levenslustig.

Maar ’k hield te veel van Wijntje en van Trijntje, Zoo slonk mijn heele have tot dit schijntje,

En met de have slinkt ook eer en aanzien,

Zoodat ik nu nog maar een enkle wensch heb,

Te sterven, prins .. .

CARTOUNA

Dat is geen goede wensch,

Ik zeg u leef en tracht door wijzer leven,

U zelf opnieuw ’t verlorene te geven.

SCHOPPENZEVEN

Opnieuw, o jonkvrouw, wie zoo viel als ik,

Voor hem ligt het opnieuw aan gindschen oever,

Ja, kond’ ik nog mijn leven eens herleven,

Dan zou’k niet meer dezelfde fouten doen.

Ik leefde matig, zocht een trouwe vrouw,

En zou naast haar mijn goedren wel besturen,

'k Had zonen, dochters, die mij, werd ik oud, Vereeren zouden en in liefd’ omringen,

Opnieuw, o kon ik nog dat lied eens zingen,

’k Waar niet als nu, in ouderdom alleen ...

Gij gaaft mij goede woorden, goud en troost,

Vergun mij, dat ik u in dank daarvoor,

Toeroep — weet hoe gij leeft — ééns leeft gij maar. Bedenk het wel, oud leven wordt niet nieuw,

En ’t jonge leven vliedt, de ouderdom komt snel,

Eens leeft men maar — o leef dan wijs en wel 1

(Hij ftrompelt weg)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.