65
de trein wegrstommelde, glinsterden haar oogen met een glans, dien Leonard niet kende, die hem ongerust maakte en blijde tegelijkertijd. Hij meende, dat het door ’t geluk der stonde kwam, kuste haar hartstochtelijk. Zij lachte, was opgewekt, zei dat ze voelde nu eindelijk weder een beetje geluk te zullen krijgen. En toen ze over de grens waren, werd ze uitgelaten, was vol leuke, kleine opmerkingen, over het uitzicht, over de noodrem, waaraan zij dreigde te zullen trekken als Leonard het haar te lastig zou maken. Zij had ook opmerkingen over de medereizigers, vond onmiddellijk de belachelijke zijde van de mannen, maar vooral van de vrouwen. Met een oogopslag zag ze, wie valsche tanden had, wie bijoux van talmi-goud droeg. Een minder verliefd man dan Leonard was, zou door deze groote en plotselinge verandering opmerkzaam zijn geworden. Maar hij was te gelukkig met haar weergekeerde opgewektheid, beschouwde die als een overwinning van zijne zijde.
Te Brussel stegen zij uit. Na een kort verblijf in het hotel, reden zij naar een juwelier. Zij koos een mooien juweelen ring uit en een snoer parels ....
Leonard schrikte toen hij den prijs hoorde, wilde even protesteeren, doch hij zag haar van geluk stralende oogen, bedacht dat hij zoo noodig moeder altijd om geld kon seinen en betaalde de dure sieraden. Daarna reden zij naar een groot modemagazijn en het scheen of zij een voorraad wilde inslaan voor een reis naar de tropen. Zij zette groote breedgerande hoeden van rood en groen vilt op met witte struis-veeren, paste een costuum aan van rood laken met rood fluweelen linten om haar lichaam, zoodat haar
DE GERAFFINEERDE
5