39 Inleiding
Vleesvork. Dat is natuurlijk ״een tweetandige vork, gebruikt bij het voorsnijden van vlees". Maar voor Joden is het in de eerste plaats een vork die je niet voor melkspijzen mag gebruiken. Portugees. Een Portugees? Niet voor twee uitleggingen vatbaar. Jawel. Het ligt er maar aan wie het zegt, waar hij het zegt en tegen wie hij het zegt. In de Amsterdamse Jodenbuurt (soms nog in de Jiddische vorm Portegies) was het een Nederlander die tot de Portugees-Israëlitische groep behoorde.
Maanzaadkoek ״voederkoek verkregen uit maanzaad na uit-persing der olie". We citeren het Nederlandse woordenboek. Het klopt. Maar een oude Joodse bakker zou u verbaasd en veront-waardigd aankijken, als U in zijn tegenwoordigheid zijn boter-vette koek met maanzaad op die wijze zou durven omschrijven. Bitterkruid. Mogelijk stelt de gemiddelde lezer zich hierbij hele-maal niets voor. Wanneer hij op de hoogte is, dan zal hij weten dat het een samengesteldbloemige plant is met de Latijnse naam: Picris hiëracioides. Zeker. Maar de Joodse spreker of lezer die nog niet iedere binding met zijn groep verloren heeft, zal auto-matisch denken aan de mierikwortel die op de sedertafel ligt, als op de Paasavond het verhaal van de uittocht uit Egypte verteld wordt; het bitterkruid als symbool" omdat de Egyptenaren het leven van onze voorouders in Egypte verbitterd heb-ben"67.
Dat ״kunststuk" gebruikt wordt voor iets dat bij uitstek geen kunststuk is, past in dit kader. Dat ״nou nee" betekent ״ja zeker5' eveneens. Maar de eigen woordmelodie kan er niet bij gemist worden. Verwant zijn ook eufemismen als: naar buiten gaan = de begraafplaats bezoeken, maar hiermede zijn we genaderd tot een verschijnsel dat ook in de Nederlandse volkstaal niet onbekend is.
Talen die met elkaar in aanraking komen oefenen wederkerig invloed op elkaar uit. Het Nederlands heeft van het moment af dat de Joden naar hier kwamen zijn stempel gedrukt op het Jiddisch, dat eens de spreektaal was van het grootste deel van de Nederlands-Joodse bevolkingsgroep en heeft het ten slotte op weinige resten na verdrongen. Maar de Nederlandse taal zelf draagt de sporen mee door de tijden.
Een verdwenen taal, een verdwijnende minderheid.
" Citaat uit de Hagada zie Ex. 1 :14.