DE KIP IN DE BADKAMER. 77
De deskundige liep mee naar de „badkamer”, zei dat ’t best kon — as we maar stil waren — en niet baadden zoolang ’t duurde — en niet tegen den stank op zagen. We hadden er wel meer voor over gehad, ’t Geluk van nu eens zélf te fokken!
Toen werd de meid op dertien versche eieren bij den melkboer uitgezonden, greep de vader de broedsche kip — ’t is altijd beter’t te laten doen — sjouwde ik ’n koffer en hooi aan en waarachtig na ’n half uur zat de kip op de eieren, achter den koffer, naast het bad in de badkamer.
Nóg eens, theoretici, kippenfokkers-van-beroep en dergelijken zullen smalend schouderschokken oftewel dik-op-wijs grunneken om zooveel onverstand en onbeholpenheid. Doch deze hoenderprofeten weten niet wat het zeggen wil, als ’n kip ten spijt kleigrond en moerasgeuren in-en-om ’n Amsterdamsch benedenhuisje blieft broedsch te geraken.
Onze huishouding was er van ondersteboven. Als m’n vrouw in de keuken praat (zie plan der woning) verneem ik elk woord in m’n werkkamer. Bouw-heeren rekenen niet op pratende menschen, laat staan op ’n auteur of ’n kip die stilte behoeft. Liep de meid de trap af — dan riep m’n vrouw: „Sst! sst! voor de kip!” Sprak m’n vrouw met den waschbaas, dan riepen de meid en ik tegelijk: „Sst! sst!” ____
Dreunde er ’n deur dan dacht je aan de kip. Ging de schel stevig over, dan keek je benauwd. Je had wel zand voor je stoep willen strooien om ’t rijtuiggeratel te dempen en als ’t niet te mal had gestaan, zou je ’n briefje op je deur geplakt hebben.... „Verzoeke beleefd zacht te schellen. De kip zitopeieren*. Waarlijk,in’nAmsterdamsche woning is die zaak een gedeeltelijke bezoeking en ’n kip ’r broedschheid te ontnemen door haar, gelijk