PRINSES COLIBRI. 8i
De meneer met de ridderorde tilt dan het tienjarig kind er bij, dat weer in het leertje bijt, zoodat Colibri haar zusje in den mond draagt.
„Bravo!”
Maar het is nog niet gedaan.
Welnee.
De meneer met de ridderorde doet een riem om de lendenen van het bleek tienjarig kind, tilt het nog eens op en Colibri bijt opnieuw in een leertje dat achter aan den riem vastzit.
De meneer met de ridderorde geeft een duw en .. . jongen . .. het tienjarig kind draait als een tol, terwijl Prinses Colibri het bij de tanden vasthoudt.
Daverend applaus.
Het is gedaan.
De muziek begint een nieuwen deun.
Het heeft wel twintig minuten geduurd.
Prinses Colibri is een wonderkind. Ze doet twee nummers op een avond, werkt van negen tot half elf. Zingen, dansen, slangenkunsten, athletiek. Ze is dertien of veertien. Ze kan héél wat worden. Ze heeft een goeden dresseur. Die meneer met de ridderorde. Ze is veel beter gedresseerd dan de honden en katten in den Parkschouwburg, véél beter dan het zwijn bij Carré dat bier drinkt.
Schetsen Falkland. I,