De opgaande zon

Titel
De opgaande zon

Jaar
1908

Druk
1932

Overig
4ed

Pagina's
176



TWEEDE BEDRIJF, EERSTE TOONEEL    55

ben, kunnen zulks alsnog ten huize van den penningmeester. . . .

Mees:

. . . . 't Eenige waar ik bezwaar tegen blijf maken — is tegen de keus... Zoo'n gods-ellendige draak. . . .

M a t h ij s:

. . . Ho! Ho! Daar kan 'k de discussies niet opnieuw voor openen.... We kunnen onzen kaffer-leden geen Ibsen voorzetten als de laatste maal, toen ze 'r hardop bij begonnen te geeuwen en te schuifelen — Shakespeare al net zoo min.... Nee! .... Zanik nou niet, Mees! ....

Mees:

Als onze vereeniging „Shakespeare” heet, dienen we den naam Shakespeare op te houen....

Stuifsand (droog):

. . . .Die zal zonder ons z’n naam toch wel houen....

Mees:

.... Goed — dat spreek ’k niet tegen.... Mathijs:

. . . Niemand verdere aanmerkingen op de circulaire? .... (op de tafel kloppend) . . . Aangenomen!

Bartels:

. . . .Wat haast jij toch, Mathijs!

M a t h ij s:

. . . . Menschen, we zijn vanmorgen om tien begonnen — 'r komt geen end an, als 'k telkens wéér laat beginnen!




Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.