De opgaande zon

BIJ DEN VIERDEN DRUK

Hun die „Het Drama en het Tooneel in hun Ontwikkeling' ’ van L. Simons hebben gelezen, zal het bekend zijn: hoe spoedig gegevens omtrent het ontstaan, de eerste opvoering en de verdere lotgevallen van belangrijke tooneelwerken zoek raken.

Wij meenen daarom dat het van tooneel-historisch belang is, onderstaande bizonderheden omtrent de geboorte en het verdere leven van Herman Heyermans' drama ,,De Opgaande Zon" vast te leggen op een plaats die ons daarvoor bij uitstek geëigend toescheen. Wij hebben deze te waardeeren gegevens te danken aan den Directeur-regisseur van de N.V. ,,Het Schouwtooneel" den heer Adr. van der Horst, aan wiens too-neelgezelschap op waardige wijze de Heyermans-tradi-ties in eere worden gehouden; gaarne geven wij hem hier het woord.

Onzerzijds willen wij hier enkel aan toevoegen dat ook het dilettanten-tooneel, en in het bizonder de arbei-ders-tooneelvereenigingen in Nederland en Vlaanderen, menige geslaagde opvoering van dit tragische spel-van-den-middenstand tot stand hebben gebracht.

De heer Adr. v. d. Horst deelde ons mede: „Teleurgesteld door het geringe succes van ,,Uitkomst", première begin November en „Vreemde Jacht", première eind December 1907 was Heijermans zoo verbolgen, dat hij mij uit Berlijn o.m. schreef:

„. . . .in de eerste jaren geef ik aan Holland geen stukken meer". Begrijpelijke uiting van een auteur, wiens